Apollo 15
Apollo 15 was de 4e missie van het Apolloprogramma van de NASA, waarbij in de jaren '70 astronauten op de maan landden en deze verkenden. De landingsplek van de Apollo 15 op de maan heet Hadley Rille. De bemanning bestond uit David Scott (commandant), James Irwin (piloot van de maanlander) en Alfred Worden (piloot van de commando-module).
Bij deze missie werd voor het eerst een maanwagen meegenomen. Door dit voertuig kon een groter oppervlak worden verkend dan bij eerdere missies. Met de wagen is ruim 27 km afgelegd met een maximumsnelheid van rond de 13 km/h.
Er werd 76,7 kg aan monsters van de maan mee terug genomen naar de aarde.
Bij de landing terug op aarde klapte een van de drie parachutes in na de ontplooiing, waardoor de bemanning een hardere landing op het water maakte dan gepland. Na landing in de Stille Oceaan, 530 km ten noorden van Hawaï, werden ze opgepikt door de USS Okinawa. De capsule wordt tentoongesteld in het United States Air Force Museum, Wright-Patterson Air Force Base te Dayton, Ohio. De stijgtrap van de maanlander sloeg op 3 augustus 1971 stuk op het maanoppervlak.
Bij deze missie werd voor het eerst een maanwagen meegenomen. Door dit voertuig kon een groter oppervlak worden verkend dan bij eerdere missies. Met de wagen is ruim 27 km afgelegd met een maximumsnelheid van rond de 13 km/h.
Er werd 76,7 kg aan monsters van de maan mee terug genomen naar de aarde.
Bij de landing terug op aarde klapte een van de drie parachutes in na de ontplooiing, waardoor de bemanning een hardere landing op het water maakte dan gepland. Na landing in de Stille Oceaan, 530 km ten noorden van Hawaï, werden ze opgepikt door de USS Okinawa. De capsule wordt tentoongesteld in het United States Air Force Museum, Wright-Patterson Air Force Base te Dayton, Ohio. De stijgtrap van de maanlander sloeg op 3 augustus 1971 stuk op het maanoppervlak.